De Vrijwilliger: Andrea Aquina (49)

door Andrea Aquina (E-mail interview met Monique Admiraal)

Hoe lang ben je betrokken bij AV’23?

“Ik ben lid sinds 2011, nadat mijn zoon Julian op zijn zesde in 2009 lid werd. Ik heb zelf tijdens mijn middelbare schooltijd in Nijmegen aan atletiek gedaan en had in 2005 het lopen weer opgepakt. Na een tijdje meelopen met de ouderloopgroep onder leiding van Robin Willems besloot ik zelf lid te worden en heb ik bij verschillende loopgroepen van de club meegelopen. De recreatiegroep van de zaterdagochtend is heel erg gezellig; die gaat ook op trainingsweekend. Maar de afgelopen jaren loop ik in de dinsdag/donderdag groep van Jan Mens mee. Daar zijn de afgelopen paar jaar veel nieuwe jonge mensen bijgekomen en vooral veel jonge vrouwen. Het is een fanatieke en heel gezellige groep die eigenlijk een beetje uit zijn jasje groeit. Ik loop trouwens nog steeds regelmatig met de ouderloopgroep mee, voor de gezelligheid. Met een plukje “oude garde” uit de eerste jaren met wie ik meeliep gaan we inmiddels al een aantal jaren in het voorjaar op een buitenlands reisje naar Spanje. Dat noemen we natuurlijk trainingskamp ;). Dit jaar zouden we voor het vijfde jaar gaan, maar de coronacrisis heeft helaas roet in het eten gegooid. De reservering voor het vakantiehuis in Andalusië hebben we in overleg met de eigenaar naar volgend jaar verschoven.

Ik heb op sportief gebied eerlijk gezegd niet zo heel veel doelen. Ik was al nooit een heel erg fanatiek trainingsbeest, maar had de luxe dat ik vrij gemakkelijk liep en makkelijk opbouwde. Ik heb dan ook geen topprestaties geleverd, maar kon wel altijd lekker meedoen. Mede door die instelling had ik denk ik vroeger nooit blessures. Als je niet tot het gaatje gaat, dan beschadig je niet zo snel wat. De afgelopen jaren merk ik helaas dat ik steeds sneller pijntjes heb die niet vanzelf over gaan, of die je er niet uitloopt. Daarom is mijn streven nu vooral om blessurevrij lekker te kunnen blijven lopen. En zo lang het me lukt om meiden die een stuk jonger zijn, toch nog redelijk te kunnen bijhouden, dan ben ik daar meer dan tevreden mee. Ik combineer het hardlopen tegenwoordig met fitness en in de zomer regelmatig met fietsen en zwemmen. Om de paar jaar gooit het trainingsschema voor de Nijmeegse Vierdaagse (4x40km en twee jaar geleden eenmalig ook de 4x50km) behoorlijk roet in mijn hardlooptrainingen. Maar de Vierdaagse is zo’n fantastisch feest –mits je er een beetje voor traint- dat ik dat er wel voor over heb.”

Bestuur AV’23 (2016  tot heden)

“Ik ben al snel toen ik binnenkwam actief geworden in het jeugdbestuur van de club. In die tijd groeide de jeugdafdeling van AV’23 heel hard en ontstonden de wachtlijsten, die we nu helaas nog steeds hanteren. Niet omdat er te weinig ruimte is op de atletiekbaan, maar omdat we goede trainingen willen kunnen aanbieden. De groepen moeten niet te groot zij en we willen geen onervaren trainers die in hun eentje voor een groep staan. Onze trainers worden gevraagd (of bieden zich aan) vanuit de eigen junioren groepen en worden door onszelf opgeleid. Inmiddels hebben we best veel ‘Niveau 3 trainers’; trainers die de opleiding ‘Niveau 3’ bij de Atletiekunie hebben gedaan en bij ons hoofdtrainer zijn. Daarmee hebben zij de verantwoordelijkheid voor de trainingsopbouw van een bepaalde leeftijdscategorie of groep. Tevens mogen zij binnen onze club de niveau 2 opleiding verzorgen. Naast onze eigen jeugd zijn er de afgelopen jaren ook steeds meer ouders van jeugdleden tot het trainerscorps toegetreden. Sommigen als assistent en sommigen, vaak zelf met een atletiekverleden, echt als trainer. De jonge trainers brengen veel enthousiasme en technische atletiekkennis, maar de ouders hebben vaak op pedagogisch vlak weer een heel goede invloed op de groep. Het is dus een mooie mix die veel positiefs oplevert. Ik herinner me wel dat sommige jeugdtrainers best huiverig waren om samen met ouders training te gaan geven. We hebben de trainers echter keihard nodig, dus ik ben blij met hoe die mooie mix is ontstaan en ik hoop dat dat nog verder uitgroeit zo. De trainers zijn namelijk bepalend voor het succes van een club! Als de trainingen niet leuk en goed zijn, dan lopen de leden immers weg. In onze strategische visie die de ALV vorige jaar heeft vastgesteld geven we hier ook veel ruimte voor. We hebben Sander Stok dit jaar als Technisch Directeur aangesteld. Hij gaat nog verder schaven en bouwen aan deze structuur en heeft echt ambitie om AV’23 tot een prachtige club te maken die (weer) sterk(er) wordt in de top maar ook in de breedte voor recreanten veel te bieden heeft. Die twee ambities kunnen elkaar in de weg zitten; als je je teveel op recreatie richt dan lopen de toppers weg, maar als je je alleen op topsport richt dan voelen de recreanten zich niet thuis. Het is best lastig om dat beide te kunnen bieden, zeker bij de oudere jeugd. Juist die ambitie om een club voor iedereen te zijn is wel wat AV’23 tekent, en dat willen we graag behouden.”

Voorzitter AV’23 (2016 tot 2019)

“Ik ben als voorzitter begonnen in het bestuur, samen met Kirsten Vendrig. Maar de Kamer van Koophandel kon een duo-voorzitterschap administratief niet aan, dus we hebben er voorzitter en vice-voorzitter van gemaakt en ons takenpakket verdeeld. Vanaf 2016 was ik officieel voorzitter en sinds 2019 is Kirsten de officiële voorzitter. We hebben in het bestuur sowieso alle taken verdeeld en zijn als bestuur in zijn geheel bepaald geen hiërarchisch gezelschap. Het voorzitterschap houdt weliswaar in dat je de vergaderingen voorzit en de nieuwjaarstoespraak houdt, maar verder doen we het als bestuur gewoon allemaal samen. Als het voorzitterschap wisselt verandert er uiterlijk misschien meer dan in de praktijk. Hoewel ik daarbij wel de aantekening moet maken dat ik van nature geen type ben die heel graag overal vooraan staat en haar naam en stempel overal op gedrukt wil zien. Ik vind het fijn om samen te werken, en hou me beslist niet in om mijn mening te geven, maar als een ander daar nog wat aan kan toevoegen, of een verhaal bijvoorbeeld beter kan verkopen, dan geef ik diegene graag die eer. Voor een grote bestuurlijke carrière ben ik in dit opzicht beslist niet geschikt :).

Wat de vrijkaartjes en het pluche betreft: gelukkig is atletiek in Nederland geen echte grote bobo-sport. Je krijgt uitnodigingen om bij de diverse NK’s te komen kijken, maar meestal gaan die uitnodigingen rond in het bestuur en onder de actieve vrijwilligers in de vereniging. Ik vind het zelf altijd leuk om te gaan kijken. Ik ben dan wel bestuurder, maar vooral gewoon een echte atletiekliefhebber! Het is leuk om te zien dat de deelnemende atleten het meestal wel op prijs stellen als je als bestuurslid aanwezig bent bij hun wedstrijd.

In mijn werk voor de Gemeente Amsterdam ben ik intensief bij de voorbereidingen van de EK Atletiek in 2016 in het Olympisch Stadion betrokken geweest. Daarvoor heb ik voorbereidende werkbezoeken naar de EK’s van 2012 in Helsinki en 2014 in Zurich mogen meemaken. Ik vond het opvallend hoe intensief de hoogwaardigheidsbekleders op de dure tribuneplekjes daadwerkelijk de sport volgden en kenners en liefhebbers waren. Dat heb ik op de dure plekjes bij voetbalwedstrijden in de Arena (waar ik in die jaren een enkele keer ben beland) wel anders meegemaakt. Daar waren de buffetten en het netwerken na afloop veel belangrijker en leek de sport zelf bijzaak.”

Andrea rent 10 km bij de 20 van Alphen (foto: Jeroen Tibbe Fotografie)

Besturen in corona tijden

“Het was heel bijzonder toen de sportparken dicht gingen. Wij moesten natuurlijk met onze trainingen stoppen, maar de atletiekbaan zelf is vrij toegankelijk. De eerste weken waren er best veel mensen die op eigen gelegenheid hun rondjes op de baan kwamen lopen, totdat het hele sportpark met bouwhekken werd afgesloten. Ik vond dat zelf wel jammer, want het was er op dat moment rustiger en dus veiliger dan bijvoorbeeld langs de Amstel waar de gelegenheidswandelaars, -fietsers en –hardlopers wel heel erg langs elkaar heen aan het slalommen waren. Op Strava (een app voor hardlopers en fietsers) zag je dat veel reguliere lopers uit onze loopgroepen ’s ochtends al heel vroeg hun rondjes gingen lopen om de drukte te ontwijken.

In eerste instantie verliep de organisatie (en bijbehorende regels/adviezen) met betrekking tot Covid19 rommelig. Het RIVM advies en de daarop gebaseerde maatregelen van het kabinet lieten ruimte; daarin werden nog geen sportparken gesloten. De Atletiekunie kwam eerst met een advies over aangepaste trainingsvormen. Onze jeugdcoördinatoren hadden al voordat ik ze belde alternatieve trainingsschema’s in elkaar gedraaid. Maar andere grote sportbonden zoals KNVB en KNHB gooiden direct alle deuren dicht en toen kwam NOC*NSF ook met een veel zwaarder advies waarin het sporten op de sportaccommodaties helemaal niet meer kon. Daar konden we als bestuur natuurlijk niet aan voorbij gaan. Kort daarna besloot de gemeente de sportparken te sluiten. Ik ben die avond nog even op de baan langs geweest: het was een bizarre ervaring. Bij ons hadden de loopgroepen hun laatste training en Sander stond in het krachthonk de atleten te vertellen dat de boel echt dicht moest. Het was toch goed om daar als bestuurslid even bij aanwezig te zijn en te horen hoe atleten hiermee omgingen. Toen ik een rondje liep over het sportpark waren wij ook echt de allerlaatste accommodatie waar het licht nog aan was, samen met de Jaap Edenbaan geloof ik, waar het ook de laatste avond was.

Het was super om te zien hoe sommige jeugdtrainers online trainingen aanboden en op allerlei manieren het contact met hun groep bleven onderhouden. Toch was ik heel blij dat we half mei weer mochten opstarten en een week later ook met de senioren. Het heeft heel wat (online!) overleggen vereist. Voor de jeugd hebben de coördinatoren geweldig werk verzet met aangepaste roosters en kleinere groepen (hadden we toch nog wat aan die allereerste acties). Er zijn ontzettend veel mensen binnen de club die hier een steentje aan hebben bijgedragen en ouders die kwamen helpen om de boel bij de toegang in goede banen te leiden. Helaas hebben we wel evenementen (pupillencompetitie en Nescioloop) moeten afblazen evenals een paar kampen van de junioren. Gelukkig kon het pupillenkamp verplaatst worden en is dat begin juli doorgegaan. Al met al zullen we de coronacrisis, ondanks de eenmalige tegemoetkoming van het Rijk, zeker voelen in de clubportemonnee.  Want hoewel er enkele maanden baanhuur wordt kwijtgescholden lopen heel veel vaste lasten natuurlijk gewoon door en missen we aardig wat inkomsten. De instroom van nieuwe leden bij de jeugd is ten gevolge van de coronacrisis verminderd, terwijl het risico op meer uitstroom groter wordt. Wat de afgelasting van evenementen betreft is het leed ook nog niet geleden. Met de Amsterdam Marathon leveren wij als club altijd vele tientallen vrijwilligers en dat levert voor de club een aardige bijdrage van Le Champion op. Helaas gaat de Marathon dit jaar ook niet door.  Al met al ben ik natuurlijk blij dat de lockdown zijn werk lijkt te hebben gedaan en dat we hopelijk op medisch vlak in elk geval door de grootste crisis heen zijn. Toch zijn er voor AV’23 zijn er langere termijngevolgen die we nog wel even zullen merken.”

 Bestuur en commissies van AV’23

“Het bestuur is gelukkig de laatste jaren best stevig. We waren afgelopen jaar met z’n zessen en dat is voor een club van ruim 600 leden goed te doen, zeker als de verdere structuur in de club goed is. Naast de technische commissie zijn er nu ook commissies/teams voor verschillende jaarlijks terugkerende evenementen. Sommige van die teams hebben wel echt nog versterking nodig.

Genoeg vrijwilligers vinden is op zich niet zo moeilijk. Als je de taken maar heel laagdrempelig in hapklare brokjes kunt aanbieden. Een kantinedienstje, een paar uurtjes parcourswacht, helpen bij een baanwedstrijd. Het probleem is het voorbereiden van die hapklare brokjes en het zorgen dat die laagdrempelig in een duidelijk systeem aangeboden kunnen worden. Daar zorgen die teams voor;  bijvoorbeeld de kantinecommissie, de teams voor de Nescio- en de Middenmeerloop en de marathon etc. etc. Als je in zo’n team zit heb je in aanloop van dat evenement wat meer te doen, maar het is ook erg leuk. In ons vrijwilligerssysteem noemen we die inzet ‘functies’. Als je een functie bekleedt hoef je je verder niet op te geven voor de ‘taken’(zoals de kantinedienst bijvoorbeeld) om de verplichte punten voor het verenigingswerk te halen. Met je inzet in een functie voldoe je daar ineens aan. We zoeken uiteraard voor die plekken vooral mensen die het niet zozeer doen om die punten te verzamelen, maar gewoon omdat het leuk is om met een gezellig clubje wat moois neer te zetten. Als je hierin geïnteresseerd bent en je komt er niet uit in het systeem, neem vooral contact op. Met mij, met de verenigingsmanager of met een andere actieveling binnen de club die je kent. We kunnen je inzet heel goed gebruiken, en er zijn vele verschillende functies, waar je veelal niet eens een actieve atleet of kenner van de atletieksport voor hoeft te zijn!

Nog even over het bestuur, hoewel we dus kwantitatief op orde waren, waren we wel al lang op zoek naar iemand met ervaring en verstand van personeelszaken. Daarin lijken we nu eindelijk een kandidaat gevonden te hebben. Nu alleen nog een secretaris, want onze secretaris (één van die zes bestuursleden van het afgelopen jaar) is verhuisd. Bij deze een oproep dus!”

 Werken bij Gemeente Amsterdam

“Ik ben in de buurt van Nijmegen opgegroeid in en 1990 naar Amsterdam gekomen om planologie te gaan studeren. Na een aantal jaren bij een woningcorporatie ben ik in 2002 bij de Gemeente Amsterdam komen werken, eerst als projectmanager in gebiedsontwikkeling in Oost en vanaf 2009 bij Sport. Eind september stap ik binnen de gemeente over naar het Programma Varen en ga ik me met (de uitvoering van) het beleid rond de passagiersvaart bezighouden.

Ik ben een echte generalist. Als planoloog wordt je ook opgeleid als generalist trouwens. En in mijn werk is dat mijn kracht. Ik vind het heel erg leuk om met specialisten op diverse vakgebieden samen te werken en te zorgen dat zij hun werk goed kunnen doen. Vroeger dacht ik wel eens; ‘Ik kan eigenlijk helemaal niks, die specialisten kunnen tenminste iets.’ Maar inmiddels ben ik er gelukkig wel achter dat die brede visie, het overzicht houden, de kern eruit kunnen lichten, complexe zaken overzichtelijk kunnen samenvatten, wel degelijk ook een waardevolle deskundigheid is. Wat dat betreft sluit mijn vrijwilligerswerk in het AV’23 bestuur ook goed aan. Ik heb overal een beetje mee te maken, maar zit nergens tot diep in de details in. Mijn verantwoordelijkheid is om te zorgen dat anderen in de gelegenheid zijn om in hun specialisme goed uit de voeten te kunnen, dat geldt ook voor mijn inzet bij AV’23.”

Nieuwe functie bij AV’23; de vertrouwenscontactpersoon (VCP)

“De VCP’s: ja daar ben ik echt heel blij mee! Judith Jonker, ouder van een jeugdlid, melde zich al een tijdje geleden, na mijn nieuwjaarstoespraak van vorig jaar. Toen was net die zaak in de media over die atletiektrainer die bij verschillende clubs in Zuid Holland beschuldigd werd van seksueel misbruik -en ik vertelde bij mij speech toen dat ik er niet vanuit ging dat zoiets bij ons op de club gebeurde. Maar dat je er ook niet je ogen voor moet sluiten en je wel moet realiseren dat ze er op veel plekken waar zulke zaken aan het licht kwamen vanuit gingen dat zoiets alleen elders gebeurde. Of nog erger: dat er best wel rondzong dat er iets niet in de haak was, maar dat niemand wat ondernam.-

Wij willen, zo staat ook in onze visie, een fysieke en sociaal veilige omgeving zijn voor al onze leden.  Dat gaat niet alleen over misbruik, maar ook over bijvoorbeeld pesten, of je verhaal kwijt kunnen als je als trainer of atleet zorgen hebt over hoe zaken gaan op de club. Je moet je gewoon veilig kunnen voelen. Een vertrouwenscontactpersoon kan daar een belangrijke rol in spelen; die kan zorgen dat de drempel laag is om in vertrouwen te kunnen praten en om advies te vragen of een zaak aan het rollen te krijgen. Judith bood aan om voor het bestuur uit te zoeken hoe we als club die veilige omgeving kunnen waarborgen en hoe we de aanstelling van vertrouwenscontactpersonen kunnen gaan organiseren. Het was moeizaam om zo’n onderwerp echt van de grond te krijgen, dus ik ben blij dat Judith ondanks de hobbels toch heeft doorgezet, en ik ben er echt trots op dat we binnenkort twee vertrouwenscontactpersonen kunnen presenteren (of dat zullen ze eigenlijk zelf doen). Zij volgen binnenkort een opleiding en zullen zichzelf op de aankomende ALV introduceren en vertellen waarvoor en hoe ze aanspreekbaar zijn. Ik hoop natuurlijk dat ze weinig te doen zullen hebben, maar als het nodig is, is het wel belangrijk dat ze er zijn. Het feit dat wij dit als club goed op orde hebben zorgt er hopelijk ook voor dat AV’23 te boek staat als een fijne veilige club waar je je thuis kunt voelen en waar je je kind in vertrouwde handen achterlaat.”