Kees van den Berg (64), invaltrainer recreatie/prestatie loopgroepen (midden/lange afstand), trainer clinics (Nescioloop, Middenmeerloop en Damloop)

door Monique Admiraal

Hij is innovatief, veelzijdig, gedreven en een goede verteller. Kees is al jaren betrokken bij de club als trainer, opleider, vrijwilliger en atleet. Zijn trainingen zijn afwisselend en uitgedacht, hij kan goed uitleggen waarom bepaalde oefeningen goed zijn voor de atleet. Logisch dat een aantal lopers van de clinics ieder jaar weer bij hem terug komt.

Hoe lang ben je al trainer?
“Ik heb het opgezocht; elf jaar, ik ben begonnen in juni 2007. De aanleiding was dat Bas Adams de enige looptrainer was bij AV’23 en ziek werd. Er was al een plan om assistent trainers op te leiden en ik ben toen de TLG (trainer loopgroepen) opleiding gaan doen. Tegenwoordig heet deze opleiding de LT3 (looptrainer niveau 3). Een aantal mensen uit die loopgroep heeft toen de LT2 opleiding gedaan. Dat waren Tjtiske Kooistra, Carla van der Klei en Anneke Nass, de mensen die nog steeds de loopgroepen trainen, later hebben zij de LT3 opleiding afgerond.

Wat ik heel belangrijk vind, is dat je er als trainer niet alleen voor staat, vandaar ook het opleiden van meerdere trainers. Bas is later weer teruggekomen als trainer voor de woensdagavondgroep en voor de clinics voor de Nescioloop. Ik ben zelf tien jaar geleden begonnen met het geven van de Nescioloopclinics, de andere clinics (Damloop, Middenmeerloop en eenmalig de Brooksrun) zijn er nog maar een paar jaar. Sommige atleten die deelnemen aan de clinics komen ieder jaar weer terug.

De woensdagavond training wordt sinds een aantal jaar door Han Brand gegeven. Ongeveer zes jaar geleden is Ingrid Coster erbij gekomen als looptrainer en Gerard Lijnzaad heeft kortgeleden een looptrainerscursus bij Running Holland gevolgd en heeft ook het LT3 examen gehaald. Eigenlijk missen we nog doorstroming van jonge trainers. We zijn op zoek naar nieuw vers bloed en een wat jongere trainer, want de huidige groep looptrainers is allemaal vijftig plus.

Verder geef ik op woensdagavond training bij de ‘concurrent’ DGLA (Dutch Gay and Lesbian Athletics), zij trainen hier op de baan bij AV’23.”

Loopbaan/beroepen
“Ik ben een aantal keer omgeschoold in mijn werkcarrière. Mijn laatste vak is opleidingsadviseur geweest bij ProRail. De reden dat ik vaak van baan geswitcht ben, is dat ik meerdere interesses heb en dingen wil doen die ik leuk vind. Toen ik op de middelbare school zat wilde ik altijd natuurkunde studeren, maar ik koos uiteindelijk toch voor psychologie. Na mijn studie heb ik in een Tbs-kliniek gewerkt, maar ik raakte na een tijdje min of meer afgestompt. Een omscholing tot IT-er volgde, waarna ik terecht kwam bij de NS. Na een aantal jaren werd de afdeling waar ik werkte overgenomen door ProRail. Ik was verantwoordelijk voor de systemen van treinverkeersleiders, het waren nieuwe systemen die steeds in ontwikkeling waren. Door het gebrek aan nieuwe werknemers ben ik een rol gaan spelen in het opleiden van mensen. Daar heb ik toen een opleiding in gevolgd. Ik heb dus de titel van Drs in de psychologie en Msc in de opleidingskunde. Bij de Atletiekunie ben ik betrokken geweest bij het opleidingsbeleid voor het opleiden van hardlooptrainers, de LT2 en LT3.

Nu ben ik financieel met pensioen. Mijn huidige bezigheden bestaan samengevat uit het verhuren van een Bed&breakfast kamer via Airbnb waar ik de rol van gastheer/host vervul, daarnaast geef ik veel trainingen en tot slot ben ik er voor mijn drie kleinkinderen. Ik kan mijn tijd zelf invullen en indelen, dus ik heb tijd en ruimte.

Wat kenmerkt jouw training en wat is je sterkste kant?
“Grote variatie, dat is denk ik het allerbelangrijkste. Variatie zowel in vormen, in thema’s als in omgevingen. De samenstelling van deze elementen is improvisatie. Ik ben een goede ‘jatter’, dat is het voordeel van zelf trainen bij AV’23. Vaak weet ik woensdag nog niet hoe ik mijn training zal geven, totdat ik op dinsdag zelf training heb gehad. Het vaakst jat ik iets van Ingrid. Zij is zelf een hele goede loopster geweest en is anders opgeleid dan ik.

Ik denk dat ik een goede trainer ben, omdat ik zelf niet zo’n goede loper ben. Ik kan mij daardoor verplaatsen in lopers als het even niet zo lekker gaat. Ik ben pas op mijn veertigste begonnen met lopen, vind mijzelf een beetje onhandig. Hierbij komt de opleidingskunde goed van pas. Je gaat nadenken over welke middelen je hebt om mensen iets te leren. Je kunt daarbij onder andere je eigen ervaring als leermiddel gebruiken. Ik heb ook wel een slechte eigenschap; soms vind ik dat ik teveel klets en te weinig heb uitgelegd. Uitgaande van het ‘praatje, plaatje, daadje’, heb ik wel het praatje gedaan, de uitvoering laten zien, maar begrijpen de atleten soms toch niet hoe ze het moeten doen.”

Eigen beste onderdeel
“Ik denk dan toch de 10 km relatief. Ik heb langere afstanden gelopen, maar ik ben beduidend verder gekomen op de 10 km dan op de marathon wat betreft tijden. Op mijn zevenenvijftigste liep ik de 10 km in 46,08 minuten. Ik heb zelf een andere manier van trainen gevonden. De truc is minder trainen, maar wel vaker, nooit meer een lange duurloop. Je wordt beter door intensiever te trainen, maar niet per se door langer te trainen. ‘High intensity training’, bijvoorbeeld meerdere keren een sprint van 10 seconden rennen. Dat je beter wordt, heeft met het gebruik van verschillende energiesystemen te maken.

Nee, ik heb geen clubrecords. Ik heb de ambitie om op mijn zeventigste een 10 km binnen het uur te kunnen lopen en dat betekent niet dat ik daarna stop. Mijn snelste tijd van dit seizoen is 58,5 minuten, vorig seizoen liep ik nog ongeveer 55 minuten. Dat komt omdat ik nu veel training geef (soms wel twee-drie keer per week of vaker) en daardoor zelf te weinig train.”

-Als een 70-jarige atleet van AV’23 een 10 km loopt, dan wordt dat automatisch een clubrecord, want bij de ‘mannen 70’ staat er op dit moment maar één clubrecord van Lucas Bakker (de halve Marathon in 1:51,45).-

Finishfoto Kees met zoons bij de wedstrijd Den Helder-Schagen

Bijzondere atletiekervaring?
“Een bijzondere atletiekervaring was bij een wedstrijd; de Zaanse Schansloop. Ik liep samen met mijn zoon Toer, we liepen een groep achterop, haalden hen in, liepen daarna voorop en renden iedereen er uit. Het was mooi dat we met z’n tweeën te sterk waren voor een groep anderen.

Verder hebben wij op vakantie met het gezin op hele bijzondere plekken gelopen, onder andere de Leninwerf in Gdansk, de muren van Dubrovnik en het Circus Maximus in Rome.”

Leukste atletiekwedstrijd?
“De Diemercross lijkt mij de leukste wedstrijd om aan deel te nemen. Ik organiseer hem zelf en kan daarom helaas niet mee doen. Dan heb ik het overigens wel over het grote rondje dat nu van Staatsbosbeheer niet meer mag. Door uitgebreide werkzaamheden en geconstateerde verzakking van het terrein, wordt het bos steeds natter. We mogen geen gebruik meer maken van de karakteristieke laarzenpaden. Dat is wel jammer, maar gelukkig heeft het nieuwe parcours ook een flink aantal uitdagende stukken.”

Andere hobby’s behalve atletiek?
“Voordat ik begon met hardlopen heb ik veel gefietst, ik mag ook graag in de bergen wandelen.

Ik luister graag naar muziek, klassiek, jazz, modern klassiek en oude pop. Afgelopen week ben ik naar een concert geweest van de King Crimson, een progressieve Britse rockformatie uit de jaren zestig. Sinds een aantal jaar ben ik lid van Splendor, een initiatief van vijftig muzikanten/componisten en uitvoerende musici. Ik ga regelmatig naar hun try-outs en concerten.

Verder lees ik elke dag de krant, en lees ik graag; op het moment veel non-fictie en natuurkundige boeken.”

 Favoriete eten?
“Fusion, van alles wat. Ik heb niet echt favoriet eten. Over het algemeen vind ik groente lekkerder dan vlees/kip. Ik ben een bijna-vegetariër omdat ik geen vlees meer eet, maar ik eet nog wel vis (liefst geen kweekvis). Dit doe ik vanuit milieu-overwegingen. Verder hou ik meer van hartig dan van zoet.”

 Heb je een verbeterpunt of tip voor AV’23?
“Laat ik mij beperken tot de loopgroepen. We moeten manieren vinden om de loopgroepen volume te laten houden. Dat kan door middel van onze reguliere trainingen, maar je kunt ook mensen binden aan de club in de vorm van projecten (bijvoorbeeld door clinics).

De grote opdracht aan het bestuur is het midden te vinden tussen het oude trouwe lid die overal op inspringt en overal bij helpt en de leden die hun vrijwilligerswerk afkopen.

Er liggen uitdagingen in nieuwe producten; de recent opgezette triatlon training en de clinics. Er is gestart met de wandelgroepen, een combinatie van atleten van DGLA en AV’23. Misschien zouden we als club potentieel nieuwe leden een strippenkaart kunnen aanbieden voor zomertrainingen.”

Frits van Buuren (trainer van de maand september)
“Ik vind het leuk dat hij volgende maand geïnterviewd wordt. Ik kende Frits niet, totdat ik hem op maandag tegenkwam toen ik een hardloopclinic had gegeven. Hij sloot na afloop van de training de kleedkamers af en ik de kantine, zo hebben we elkaar ontmoet. Ik ben er nooit aan toe gekomen om bij hem te trainen; ik kan meestal niet op maandag en ik denk dat ik helemaal niet goed ben ik werpen. Hier is sprake van beeldvorming, motorisch ben ik niet zo handig.”