Sylvester Tanoh met rasse schreden naar misschien wel de hoogste trede

door Dirk Visser

Ter gelegenheid van het 90-jarig jubileum maakte oud-bestuurslid Dirk Visser, jarenlang journalist bij het ANP, 19+23 interviews van AV ’23-ers: huidige toppers, aanstormend talent, toppers van toen, trainers, (oud-)bestuursleden; een niet geheel willekeurige selectie uit de meer dan 600 leden en oud-leden.

Sylvester Tanoh op de 4x200m Junioren B tijdens de Nat. Estafette Kampioenschappen op 29 september 2013 (foto: Ed Turk)

Sylvester Tanoh, zeventien jaar geleden in Nederland geboren uit Ghanese ouders, is nog geen drie jaar lid van AV ’23. Het eerste jaar heeft hij in de winter bijna niet getraind. “Het was me te koud. De tweede winter was ik daaraan gewend.” Sylvester is nu al opgenomen in de kerngroep van Els.

“Het gaat snel. Zeker. In het eerste jaar heb ik dankzij Theo een volle seconde van mijn tijd op de 100 meter afgehaald, in het tweede jaar dankzij René 0,7 seconde. En dat terwijl mijn techniek met lopen nog verschrikkelijk is. Ik heb nog heel veel te leren. Maar zeker bij Els kan ik ver komen.

Eerst stond ik ook verkeerd in de startblokken. Joshua Record heeft me op een of andere manier geholpen door een gesprek over verspringen. Ik zet nu af met het goede, linker been. Je moet het voorste been volledig strekken. Het gaat wel sneller en beter, maar nog steeds niet goed. Bij de start ga ik meestal meteen omhoog, maar je moet vooruit. Zo zijn er nog veel meer dingen te leren, zeg maar van start tot finish.

Als ik nu rechtop sta, ga ik in de overdrive en probeer de concurrenten in te halen of liever nog: voorbij te lopen. Wat ik in het begin ook had, was dat ik na 80, 90 meter niet meer voluit liep. Dat doe ik nu wel.

Ik weet wat ik wil. Ik ben zeker dat zodra ik al die techniek beheers, ik op het podium bij het NK kom. Ik hoop de nieuwe Churandy Martina van Nederland te worden en stiekem ook wel een nieuwe Usain Bolt. Dat ik in mijn derde jaar al in de groep van Els zit, belooft wel wat. Van de coaches krijg ik veel complimenten tijdens trainingen en wedstrijden. Die complimentjes geven mij zelfvertrouwen, maar ook geduld dat ik er wel zal komen.

Ik denk dat ik de 200 meter ook goed zou kunnen doen. Ik heb meegedaan aan de 4x200m estafette. Weet je, bij de 200 m heb je langere tijd om de achterstand door een trage start goed te maken. Ik wil ook ver doen, maar vooral de 100m, 200m en 4x100m. Ik wil sprinter worden.

Atletiek vind ik een geweldige sport, gewoon om de kik. De trainingen bij atletiek zijn leuker dan bij voetbal en daardoor is atletiek ook leuker dan voetbal. In 11 seconden knallen of 90 minuten een potje voetbal: dan weet ik het wel. Het is de drang om anderen in te halen. Die adrenaline. Ik vind atletiek echt een sport, ook om alle technieken die erbij komen.

De eerste elf jaar woonde ik bij mijn moeder in Rotterdam. Dat hoor je misschien nog wel aan mijn accent. Na haar overlijden als gevolg van borstkanker woon ik bij mijn vader in Diemen die een slijterij heeft. Door zijn drukke werk heeft hij me nog nooit zien lopen, maar als ik aan het NK meedoe, moet hij zeker komen!!!

Ik werd door mijn omgeving en mijn familie gestimuleerd om aan atletiek te gaan doen. Ik hoorde vaak: ‘Je bent zo snel. Daar moet je iets mee gaan doen’. De andere inspiratiebron was mijn oom Ignisious Gaisah, een broer van mijn moeder. Afgelopen zomer won hij op het WK in Moskou zilver voor Nederland bij verspringen. Heel af en toe ging ik mee naar zijn training, waar hij sprong of liep. Hij heeft mij eenmaal zien sprinten, maar toen had ik nog geen atletiekschoenen en ook nog geen atletiekkennis.

Atletiek en sport zitten zeker in de genen van mijn familie. Mijn moeder deed aan basketbal, hoogspringen en 100 m sprint. Mijn vader was een crossloper. Daarnaast deed hij horden en ver. Hij was ook heel snel.

Ik train zeven keer per week. Zondags in het Hilversumse bos, ma/woe kracht, di/do baan en vr/zat in de Ookmeerhal. Doordat ik zo vaak train en ook nog redelijk lui ben, ben ik op het Pieter Nieuwland College overgestapt van vwo naar havo. Al die trainingen vielen niet te combineren met vwo. Ik zit nu in de vierde klas.

AV ’23 vind ik een prachtige club. Ik voel me er zeer bij betrokken. De vereniging behoort zeker tot de top-3 wat betreft de jeugd. Er komen steeds nieuwe talenten bij. Dit bespreek ik vaak met Bram van der Jagt. De jeugdtrainers bouwen het op, terwijl Els het eindpunt is. Zij zet de puntjes op de i. Els is zeker heel goed. Zij heeft oog voor kleine dingen die nog verbeterd kunnen worden.

Ik ben vijf of zes keer in Ghana geweest. Het is een prachtig land en helemaal niet een land dat past bij het gangbare beeld van Afrika. Ghana groeit zeer snel. Het is er kalm, rustig, vredig. Het is een gezegend land. Op den duur wil ik een rol spelen in de politiek van Ghana. Ik wil in ieder geval de atletiek in Ghana op een hoger niveau brengen.”

PR 100 m 11,67 sec (23/6/2013)
Nederlands kampioen 4×100 m Junioren A, 43,10 sec, met Gijs Arnold, Alain van Tholl en Rutger Bien (29/9/2013, NK Estafette)
Clubrecord Zweedse estafette Jongens Junioren B, 2.12.15, met Roy van Bruggen, Nick van der Heide en Gijs Arnold
Clubrecord 4×200 m Jongens Junioren B, 1.39.44, met Giel Ritmeijer, Mees Ritmeijer en Nick van der Heide

(foto: Ed Turk)